De Europese Unie en geld: het is een onderwerp dat verdeeldheid zaait. Voor sommigen is de EU een onuitputtelijke bron van financiering; voor anderen is het een bodemloze put. Maar weet jij hoe dit precies in elkaar zit? Wie geeft wat? Wie wil besparen? Wie neemt beslissingen? De bovenstaande video, die in 2020 werd gemaakt door Euractiv (een netwerk van onafhankelijke media gespecialiseerd in EU-beleid, dat analyses en samenvattingen maakt om de EU beter te begrijpen), geeft antwoord op deze essentiële vragen.
Achter de EU-begroting schuilt er een zoveelste acroniem: het MFF of Multiannual Financial Framework (Meerjarig Financieel Kader). Dit kader bepaalt en beperkt de hoeveelheid geld die zal worden besteed aan elk van de beleidsdomeinen van de Unie (landbouw, klimaat enz.). Sinds 1988 wordt om de zeven jaar over deze begroting gestemd: zo zorgt men ervoor dat de beschikbare middelen worden toegekend aan de budgettaire behoeften. Op die manier is men ook coherent met de vele maatregelen die langer dan een jaar van kracht zijn.
Bijna een biljoen euro (dat zijn 12 nullen in totaal). Dat is het budget van de Europese Unie voor 7 jaar. Het bedrag lijkt enorm, maar op schaal van het continent gaat het om iets meer dan 1% van het gemiddeld Europees bruto nationaal inkomen (BNI – ruwweg de som van alle ontvangen inkomsten). Ter vergelijking: de landen geven gemiddeld 47% van dit inkomen uit.
Dit budget is afkomstig van twee belangrijke bronnen: ten eerste de bijdragen van de lidstaten (per hoofd van de bevolking is dit ongeveer 1 euro per dag) en ten tweede het geld dat wordt ontvangen via de douane, boetes en andere EU-bronnen. Elke staat draagt bij naar gelang van zijn BNI: hoe hoger het BNI, hoe hoger de bijdrage.
Om over een begroting te kunnen stemmen, moeten verschillende stappen gevolgd worden: de Europese Commissie doet een voorstel, de lidstaten bespreken dit en proberen tot overeenstemming te komen, en het Europees Parlement stemt om de begroting goed te keuren. De Europese Raad en het Parlement beslissen bovendien samen over de verschillende jaarlijkse begrotingen die in het MFF zijn opgenomen.
Aan de stemming van de begroting gaan veel debatten vooraf. In 2020 stapte het Verenigd Koninkrijk uit de Unie. Dat vertrek sloeg een gat van 12 miljard euro in de begroting. Onder de landen van de EU heerste verdeeldheid over de te volgen weg en er ontstonden twee groepen: enerzijds de zogenaamde ‘friends of cohesion’ (vrienden van de cohesie – 17 landen uit Zuid- en Oost-Europa die voorstander zijn van het behoud van de cohesiefondsen) en anderzijds de ‘frugal four’ (de vrekkige vier – Oostenrijk, Nederland, Zweden en Denemarken, die vinden dat de EU het met minder geld moet kunnen doen na de Brexit en meer aandacht moet besteden aan klimaatverandering, innovatie en migratie). Dat zorgde ook voor verdeeldheid tussen Frankrijk en Duitsland, de twee grootste bijdragers van de EU.
Wat nu? Na de publicatie van deze video werd de MFF-begroting goedgekeurd: 1,074 biljoen euro voor de periode 2021-2027. De bijdrage van Duitsland en van de ‘vrekkige vier’ werd verminderd.