Op de Europese vlag staan twaalf gouden sterren op een blauwe achtergrond. Maar waarom eigenlijk twaalf sterren? Op die vraag geeft het programma “Karambolage” op de Frans-Duitse televisiezender ARTE in een korte video een antwoord.
In 1949 wordt de Raad van Europa opgericht om de democratie en de mensenrechten te bevorderen. Die Raad heeft natuurlijk een embleem nodig, maar vindt geen enkele bestaande vlag geschikt. Daarom wordt in 1950 een oproep gelanceerd om een vlag te ontwerpen als symbool van de Raad van Europa. De vlag moet een sterke symboliek hebben, duidelijk herkenbaar zijn en een aantrekkelijke uitstraling hebben. De Raad ontvangt meer dan honderd voorstellen, maar geen enkele wordt geschikt bevonden.
In 1953 kiest de instelling uiteindelijk voor 15 sterren op een blauwe achtergrond, omdat de Raad op dat moment 15 leden telt. Uiteindelijk worden het 14 sterren omdat een van de leden van de Raad van Europa het Protectoraat Saarland is, een autonome regio die door Duitsland en Frankrijk wordt betwist, maar door laatstgenoemde wordt bestuurd. Een vlag met 15 sterren zou dus betekenen dat Duitsland deze autonome regio erkent. Waarom dan geen 14 sterren? Omdat dit zou impliceren dat Frankrijk en Saarland deze autonomie niet erkennen … 13 dan maar? Nee, dat is een ongeluksgetal. Men opteert dan maar voor 12 sterren, zoals er 12 maanden zijn, 12 uren, 12 sterrenbeelden, 12 apostelen, 12 werken van Hercules enz.
Uiteindelijk wordt de vlag met 12 sterren in 1955 aanvaard. Pas in 1986 gebruiken ook de Europese instellingen deze vlag. Zo wordt die het symbool van de Europese Unie.